Graafmachinedieven staan met bijzonder verhaal terecht voor rechtbank in Almelo

In oktober 2015 werd bij een bedrijf in het Duitse Heek, niet ver over de grens bij Enschede, een graafmachine gestolen. Het bedrijf loofde een beloning van vijfduizend euro uit aan degene die kon vertellen waar de machine met een waarde van een halve ton gebleven was.

Niet lang daarna werd duidelijk dat de machine op Marktplaats te koop stond en was gezien in een loods in Boekelo. Daar werd het voertuig aangetroffen door de politie. Het voertuig zou gestolen zijn door een 54-jarige man uit Overdinkel en zijn 30-jarige zoon.

Daarnaast werden op een terrein in Overdinkel ook nog eens zeven in Nederland en Duitsland gestolen aanhangers aangetroffen. "Een rovershol of een omkatparadijs, vol met spullen om gestolen aanhangers onherkenbaar om te bouwen", omschreef de officier van justitie de bedrijfslocatie.

Tijdens het verhoor verbaasde de 30-jarige zoon politiemensen met het verhaal dat hij de graafmachine juist had gestolen van de oorspronkelijke dief, een voormalig zakenpartner van zijn vader. Die zakenpartner, een 53-jarige man uit Enschede, was volgens de zoon schuldig aan het feit dat de aanhanger was weggenomen bij het bedrijf in Heek. 

Met de nieuwe diefstal wilde de 30-jarige zoon de voormalig zakenpartner een hak zetten. En om de graafmachine naar Boekelo te kunnen vervoeren, stal de zoon ook nog eens de graafmachine van de Enschedeër.

Zowel vader als zoon stonden vanmiddag voor de Almelose rechtbank. Maar ook de voormalige zakenpartner kwam niet ongeschonden uit de strijd: ook hij stond terecht als verdachte van de diefstal in Duitsland. De Enschedeër kwam echter niet naar de rechtbank.

Daar had hij een goede reden voor, aldus zijn advocaat. De Almelose rechters spraken in diezelfde rechtbank afgelopen juli de man vrij die verdacht werd van het doodschieten van de zoon van de Enschedeër. Dat gebeurde in december 2014 op de parkeerplaats van winkelcentrum Twekkelerveld in Enschede. De voormalig zakenpartner is het niet met die uitspraak eens.

De advocaat van de zakenpartner vroeg de rechters om vrijspraak. Zijn cliënt ontkent het verhaal van de Overdinkelaars en daarnaast zou er volgens de advocaat geen bewijs zijn dat de Enschedeër de graafmachine stal in Duitsland.

Maar volgens de officier van justitie is dat bewijs er wel degelijk. Niet alleen reed de man in een auto die gezien werd in Heek, ook zou de zakenpartner zelf aangifte bij de politie hebben gedaan van het wegnemen van de graafmachine van zijn terrein.

Tegen de Enschedeër werd 3 maanden celstraf geëist. Tegen de zakenpartner uit Overdinkel en zijn zoon zijn celstraffen van respectievelijk 6 en 3 maanden geëist. 

De rechtbank doet over twee weken uitspraak.