Nieuws

Weer aan het werk na corona? Ingrid en duizenden lotgenoten kunnen het nog lang niet aan

Toen het coronavirus in Nederland het hardst om zich heen greep, werd ook Ingrid Boelens uit Raalte ziek. Op 21 maart kreeg ze last van pijn in de longen, koorts en benauwdheid. Drie maanden later zijn de klachten niet verdwenen. Weer aan het werk gaan zit er voor haar nog lang niet in. Een probleem waar veel coronapatiënten mee kampen, terwijl gesprekken met bedrijfsartsen het er niet altijd makkelijker op maken.
Ingrid (58) werkt als doktersassistente in haar woonplaats. Ze was altijd gezond en fit, hield van wandelen en ging graag een stuk fietsen. Tot het coronavirus daar allemaal een streep door zette. Even de was opvouwen kost Ingrid nu de grootst mogelijke moeite. Na tien minuten lopen is ze buiten adem.
Het begon allemaal op 21 maart, toen de eerste symptomen van corona zich bij haar lieten zien. Ingrid kreeg pijn in de longen, koorts en benauwdheid. Tegelijkertijd met Ingrid werd ook een collega ziek. Samen komen ze tot de conclusie dat ze waarschijnlijk op 9 maart besmet zijn door een patiënt in de dokterspraktijk.

Geen test

Aangezien Ingrid ziek werd op het moment dat Nederland net kennis maakte met het coronavirus, was een test voor haar niet direct voorhanden. Ze behoorde immers niet tot de risicogroep. Pas na vijf weken kon Ingrid getest worden. De uitslag daarvan was negatief, waarschijnlijk doordat het virus inmiddels uit haar lichaam verdwenen was.
Ingrid hoefde niet in het ziekenhuis opgenomen te worden, ze kon de ziekte thuis doormaken. Door heel veel rust te nemen, lukte dit net. Na drie loodzware weken ging het iets beter. "Op dat moment dacht ik 'dit was het, ik ben er'", zegt Ingrid. Het tegendeel bleek waar. Er kwamen terugvallen.
Tekst loopt door onder afbeelding
De was opvouwen kost Ingrid nu de grootst mogelijke moeite
De was opvouwen kost Ingrid nu de grootst mogelijke moeite © RTV Oost / Mirjam Haven
Fotograaf: RTV Oost / Mirjam Haven

'Telkens weer'

En die zijn er nu, zo'n twaalf weken later, nog steeds. Ingrid: "Telkens denk ik dat het ergste achter de rug is, maar dan gaat het twee dagen later toch weer slechter. Wéér de pijn in de longen, wéér koorts en wéér de benauwdheid. Als ik twaalf minuten ga lopen, ben ik de rest van de dag kapot."
Ingrid staat niet alleen. Ze is lid van een besloten Facebookgroep, met inmiddels ruim 13.500 leden, waar lotgenoten hun verhaal doen. Door ervaringen met elkaar te delen, vinden ze steun bij elkaar. "Daar is het een en al herkenbaarheid", zegt Ingrid. "Zo veel mensen die corona gehad hebben en maanden later nóg niet klachtenvrij zijn."

Bedrijfsartsen

Een veelvoorkomend probleem waar de leden van deze Facebookgroep tegenaan lopen, zijn de gesprekken met bedrijfsartsen. Een deel van de herstellende coronapatiënten heeft het gevoel dat de bedrijfsarts hun problemen onderschat. Ingrid: "De gedachte is vaak 'ach, een griepvirus, daar ben je nu toch wel weer van hersteld?’, terwijl de werkelijkheid heel anders is."
Het idee dat patiënten die thuis uitzieken milde klachten hebben, zit Ingrid dwars. En met haar dus vele anderen. In de richtlijn van de Landelijke Coördinatie Infectieziektenbestrijding van het RIVM staat dat bevestigde coronapatiënten thuis in isolatie moeten blijven tot ze 24 uur klachtenvrij zijn en tot ten minste zeven dagen na de eerste ziektedag.
Telkens denk ik dat ergste achter de rug is, maar dan gaat het toch weer slechter
Ingrid Boelens

Onder druk

Sommige patiënten hebben het gevoel dat ze tijdens gesprekken met hun werkgevers en arbodiensten onder druk gezet worden om weer te gaan werken. Bedrijfsartsen verwijzen daarbij naar informatie op de RIVM-website. Daar wordt gesteld dat de herstelperiode na milde klachten een paar dagen is.
Ingrid: "Dit is echt een heel groot probleem. In mijn geval is de bedrijfsarts gelukkig coulant, ik hoef echt nog niet aan het werk. Maar dat heeft er alles mee te maken dat ik bij een huisartsenpraktijk werk. Mijn bedrijfsarts weet dus goed wat er aan de hand is. Voor heel veel andere coronapatiënten geldt dat helaas niet. Daar moeten de bedrijfsartsen echt coulanter worden. De druk om snel weer aan het werk te moeten, die moet afnemen."

NVAB

Gertjan Beens is voorzitter van de NVAB (Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde). Hij legt uit wat de rol hoort te zijn van bedrijfsartsen: "Zij kijken naar wat een patiënt kan en proberen op basis daarvan advies te geven".
Hij herkent zich niet in het probleem waar de langdurig zieke coronapatiënten tegenaan lopen. "De ervaringen van mensen staan centraal. Die staan op zich en kan ik ook niet weerspreken. Maar ik herken het niet. Ik vraag me af of deze mensen het hebben over een advies van een bedrijfsarts. Want er wordt door heel veel mensen over inzetbaarheid geadviseerd."
Tekst loopt door onder afbeelding
NAVB-voorzitter Gertjan Beens: "De basis is goed overleg. Daar los je veruit het meeste mee op"
NAVB-voorzitter Gertjan Beens: "De basis is goed overleg. Daar los je veruit het meeste mee op" © RTV Oost / Tim Woldering
Fotograaf: RTV Oost / Tim Woldering

Taak bedrijfsarts

Beens legt uit dat de basistaak van een bedrijfsarts niet is om mensen naar het werk te sturen, maar juist om goed te adviseren over wanneer iemand gezond en veilig kan werken. En in het geval van corona is het zaak om te vermijden dat iemand besmettelijk kan zijn voor anderen. "We zijn eerder geneigd mensen wat langer thuis te laten, dan ze weer naar het werk te sturen."
Blijkbaar ervaren vele coronapatiënten dat anders. Beens daarover: "Als een bedrijfsarts een advies geeft, kan het zijn dat patiënten dat ervaren als een opdracht. Het advies wordt gegeven in het belang van de werkgever en de werknemer. Het kan best zijn dat iemand in de ogen van de dokter weer veilig kan werken, maar dat diegene zich toch niet goed in staat voelt om te werken. Dan kunnen die verschillende perspectieven leiden tot een andere uitkomst."

'Basis is goed overleg'

In die gevallen kunnen patiënten een beroep doen op het oordeel van een deskundige van het UWV, of een second opinion laten doen op het oordeel van de bedrijfsarts. Maar volgens Beens hoeft het in veel gevallen niet zover te komen. "De basis is goed overleg. Daar los je veruit het meeste mee op."

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie? Tip de redactie via WhatsApp of via de mail.