Nieuws
Boer Wessel wist het al op zijn veertiende: "De koeien zijn mijn kindjes"
Hoewel veel boerenjongeren twijfelen of ze wel de boerderij van hun ouders willen overnemen, wist Wessel Roeterdink (23) het al als kind. Het bedrijf Arkelsteynhoeve in Loo Bathmen is overgegaan van vader op zoon en Wessel kiest er als nieuwe generatie voor om ook 'koeienboer' te worden en het familiebedrijf voort te zetten.
"Wessel lag nog maar net in de wieg, toen oude oma zei; 'het is een jongen de bedrijfsopvolging is geregeld'." Moeder Carolien lacht bij die herinnering, maar zegt er ook direct bij dat bedrijfsopvolging geen 'moetje' was.
"Natuurlijk vind ik het geweldig dat Wessel dit wil en doet. Maar mijn man Wim en ik hebben hem hier altijd vrij in gelaten. Het is namelijk een keuze die je niet voor 80 of 100 procent neemt, maar wel voor 150 procent."
tekst gaat verder onder foto

Wim Roeterdink beaamt de woorden van zijn vrouw; "Het is allemaal veel zakelijker geworden het boerenbedrijf. Alleen als liefhebber redt je het niet. Wij zijn ondernemers. Wessel werkt straks misschien wel anders dan wij. Wij doen het ook weer anders dan onze ouders, dat geeft niet. Maar boer zijn is een levenswijze. Je staat 24 uur per dag klaar voor de boerderij."
Het voordeel wil Roeterdink ook benadrukken van leven op de boerderij. "Het is hard werken, maar je hebt een grote mate van vrijheid en ik durf wel te zeggen dat Carolien en ik er voor de kinderen waren. Altijd is er iemand thuis. Ik denk dat de kinderen ons meer hebben gezien dan in sommige gezinnen waarvan beide ouders werken. En dat is ook goed, maar het leven op de boerderij is echt een gezinsleven."
Bedrijfsovername
Terwijl Wessel door de stal gaat - de dag begint rond 6.15 uur - vertelt hij dat bedrijfsopvolging niet altijd vanzelfsprekend was. Hij wilde misschien wel loonwerker worden, omdat mechanisatie en trekkers hem ook erg goed lagen.
"Ik ging op snuffelstage bij een loonwerker, maar na twee weken wist ik het wel, ik miste de koeien veel te veel, dus besloot toch boer te worden. De combinatie van de koeien met het landwerk en de machines maken dit voor mij het goede leven."
tekst gaat verder onder foto

Hij beseft dat zijn ouders de groei van het bedrijf hebben gedaan met het oog op bedrijfsopvolging, maar heeft dat nooit als druk ervaren. "Wij hebben altijd veel gepraat, over alles eigenlijk, ook over de overname. Ik krijg de kans om een mooi bedrijf voort te zetten. In juni krijgen wij ook vier melkrobots, dat wilde ik graag. Mijn ouders worden fysiek toch ook wat minder dus zo kan ik het werk beter aan en dan hoef ik zelf niet meer in de melkput te staan maar die tijd wel aan de koeien geven."
Gebonden vrijheid
Zus Leonie is de oudste in het gezin. Zij kiest bewust niet voor het boerenleven. "Het is toch gebonden vrijheid. Je moet altijd klaarstaan en hard werken, vooral in het voorjaar en zomer maak je lange dagen. Ik vind de commerciële kant van de agrarische sector erg leuk en ben bedrijfskunde gaan studeren. Ik werk nu bij een veevoederbedrijf en hou dus de affiniteit met het boerenleven. Maar nee, ik wilde geen boerin worden."
De financiële afwikkeling binnen het gezin is goed geregeld. Bedrijfsopvolging is een proces van jaren en ook van gunnen, vooral binnen een gezin met meerdere kinderen. Leonie vindt het mooi dat het familiebedrijf wordt voortgezet.
Minder opvolgers
Wessel weet dat veel boeren geen opvolger hebben. "Ik zie het om mij heen ook. Boeren stoppen omdat er geen opvolger is. De reden? Tja het is hard werken, ook al heb je toch ook als ondernemer vrijheid. De regelgeving drukt wel zwaar op de sector. Het financiële plaatje is niet altijd rooskleurig en wat er wordt geroepen in de media over boeren daar liggen sommigen ook echt wakker van. Ik niet. Ik vind dat je dat niet moet doen, maar begrijp de zorgen wel."
Zijn vriendin komt niet van de boerderij en moest wel wennen aan die 'gebonden vrijheid'. "Maar ik kan ook wel tegen haar zeggen als het werk even klaar is, kom we gaan even in de middag weg. Maar je partner moet wel weten dat de dieren altijd voor gaan."