Nieuws

Justitie eist beroepsverbod tegen koppige afvalondernemer uit Rouveen

Justitie eist beroepsverbod tegen koppige afvalondernemer uit Rouveen
Justitie eist beroepsverbod tegen koppige afvalondernemer uit Rouveen © RTV Drenthe / Serge Vinkenvleugel
Geen afval meer inzamelen, afval verwerken, afval opslaan of vervoeren en ook niet bemiddelen in afvalverwerking. Recyclingondernemer T. uit Rouveen mag als het aan justitie ligt drie jaar lang zijn beroep niet meer uitoefenen. Dat eist de officier van justitie voor een reeks milieudelicten in 2018 en 2019. Daarnaast verdient hij wat de aanklager betreft een taakstraf van 180 uur en drie maanden cel voorwaardelijk. Tegen zijn twee bedrijven zijn boetes geëist.
De 51-jarige zakenman is afgelopen april vrijgekomen na een gevangenisstraf voor een poging tot doodslag. In december 2019 ging hij de eigenaar van een terrein in Meppel te lijf met een snijbrander, waardoor die ernstig gewond raakte.
Nu staat de afvalondernemer voorlopig onder curatele van de reclassering en mag hij niet in zijn eigen bedrijven werken. De officier van justitie vreest dat de man, als dat toezicht is afgelopen, zijn oude werkwijze weer oppakt, met het risico op nieuwe ellende.

Aan de stok met instanties

T. heeft het al jaren aan de stok met overheden en instanties over vergunningen en het voldoen aan de strenge en soms gecompliceerde regels voor afvalbranche gelden. In de anderhalf jaar voorafgaand aan het ernstige incident in Meppel werd hij op de huid gezeten met controles, die nu nog leiden tot de strafrechtelijke afdoening tegen hem en zijn bedrijven.
Want bij bijna elke inspectie was het raak. Elke aantijging pareerde T. in de rechtszaal met een weerwoord, dat er kort gezegd steeds op neerkomt dat niet hij, maar de controleurs fout zaten met hun bevindingen.
De reeks begint in oktober 2018, als toezichthouders op het terrein van de BV Milieustraat in Meppel vaststellen dat er niet volgens de vergunningsvoorschriften werd gewerkt. Zo zouden er gasflessen buiten het daarvoor bestemde depot liggen.
Ook lag er een bult hout deels op een niet vloeistofdichte vloer, te dicht bij de perceelsgrens, waardoor hemelwater deels in de aarde kon terecht komen. "Klopt niks van", zegt de ondernemer. "die gasflessen waren onklaar en daarmee oud ijzer, waarvoor die voorschriften niet gelden. En wat betreft de bult: voor het soort hout dat er lag gold volgens hem het voorschrift niet, en bovendien lag die wel op een goede ondervloer, en niet te dicht op de perceelsgrens. Dat hebben de controleurs verkeerd gezien."

Staphorst

Eind 2018 ontstond er gedoe over de Milieustraat in Meppel: de verhuurder had de huur opgezegd. Vlak daarna brak er op het terrein een verwoestende brand uit. De dag na de brand stond de gemeente Staphorst op de stoep bij een terrein aan de Burgemeester Niemeijerstraat. Op het terrein, ook eigendom van T., werden afvalstoffen opgeslagen, zonder de voorgeschreven melding vooraf.
Ook weer onzin volgens de beklaagde. Het betrof volgens T. alleen even een stop voor maximaal 48 uur in het transport, en dan geldt die meldingsplicht niet.
In Staphorst lag de ondernemer eerder ook overhoop met de gemeente. Zo dumpte hij in 2015 een aantal keren enkele tonnen afval op straat vanwege een slepend conflict over een grondruil met de gemeente Staphorst. In 2019 ging de vestiging van het recyclingbedrijf in Staphorst failliet.
Ook in de loop van 2019 zouden overtredingen zijn vastgesteld, waaronder vervalste vrachtbrieven en afvalscheiding zonder vergunning. Eind 2019, in de aanloop naar de mishandeling van de eigenaar van het terrein in Meppel, zou T. twee keer het terrein zijn binnengedrongen, terwijl de huur al lang was opgezegd.
Hij meende er recht op te hebben, zei dat hij nog ‘gewoon’ de sleutel van het hek had. De derde keer dat hij het terrein op wilde gaan en de eigenaar op zijn pad trof vond het geweld plaats. "Ik wist niet dat hij de nieuwe eigenaar was", zei T. in de rechtbank. "Ik had er recht op."

OM eist werkstraf tegen echtgenote

Zijn echtgenote, die niet op de zitting aanwezig was, heeft volgens het Openbaar Ministerie vrachtbrieven vervalst en kreeg daarvoor een eis van zestig uur werkstraf. De twee betrokken bedrijven kregen boetes voor een deel van de feiten van 14.000 en 12.000 euro, waarvan steeds de helft voorwaardelijk.
De advocaat bepleitte voor het merendeel vrijspraak: "Mijn cliënt heeft het idee dat er alles aan wordt gedaan om hem het werken onmogelijk te maken." De rechtbank doet binnenkort uitspraak.

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie? Tip de redactie via WhatsApp of via de mail.