Nieuws
Ook in Overijssel stijgen de tarieven voor de waterschapsbelasting
Ook inwoners van Overijssel gaan meer waterschapsbelasting betalen volgend jaar. Dat blijkt uit de tarieven van twee van de vier Overijsselse waterschappen. Landelijk stijgen de tarieven voor gezinnen met een eigen huis gemiddeld met dertig euro, meldde de Unie van Waterschappen. De Overijsselse waterschappen blijven onder die stijging.
"Op basis van de rekenvoorbeelden van de Unie en onze huidige tariefvoorstellen, stijgt bij Vechtstromen de waterschapsbelasting van een alleenstaande huurder van 141 euro dit jaar naar 150 euro in 2023", meldt een woordvoerder van waterschap Vechtstromen.
Een gezin met een eigen huis met een WOZ-waarde van 250.000 euro betaalde in 2022 342 euro. In 2023 wordt dat 363 euro. Voor een woning van 325.000 euro stijgt de waterschapsbelasting van 368 naar 389 euro. En voor een woning van 400.000 euro stijgt het bedrag van 393 naar 414 euro.
Waterschap Rijn en IJssel
Ook bij waterschap Rijn en IJssel moet volgend jaar meer waterschapsbelasting betaald worden. "Inwoners van Waterschap Rijn en IJssel betalen minder dan het landelijk gemiddelde, de stijging bij dit waterschap is voor een gezin met een koophuis bijna 21 euro. Een alleenstaande huurder betaal ruim zeven euro meer per jaar.
"Waterschap Rijn en IJssel heeft nog steeds een van de lagere tarieven in Nederland", stelt het waterschap in een verklaring waarin de tarieven worden toegelicht.
De tarieven van waterschap Drents Overijsselse Delta en waterschap Zuiderzeeland zijn nog niet bekend. "Dit komt ter sprake in de vergadering op 29 november. Wat dit voor ons waterschap gaat betekenen, zal dus duidelijk worden na de AB vergadering op 29 november", aldus een woordvoerder van het waterschap.
Ook de stijging van de waterschapsbelasting in waterschap Zuiderzeeland, beheerder van water in Flevoland en een klein deel van Overijssel en Friesland, heeft de nieuwe tarieven nog niet bekendgemaakt. In de zomer werd al wel duidelijk dat er een stijging aan zit te komen. Toen ging het om een verhoging van zo'n 6,5 procent. Dat percentage was destijds niet definitief. De exacte tarieven moeten nog worden bepaald.
Stijgende prijzen
Ook waterschappen hebben te maken met stijgende prijzen. Daarnaast refereert waterschap Vechtstromen aan 'grote opgaves' waar waterschappen mee te maken krijgen. Zoals het verbeteren van de waterkwaliteit, het renoveren van zuiveringen en het tegengaan van klimaateffecten.
Dat de stijgingen niet overal gelijk zijn komt vooral doordat gebieden van elkaar verschillen. Een factor is bijvoorbeeld of gebieden die bij een waterschap horen laag of hoog gelegen zijn in Nederland en of het stedelijk of landelijk gebied is. Ook de aanwezigheid van kwetsbare natuur en veel of weinig dijken bepalen de eisen aan het waterbeheer. Ook speelt het al dan niet hebben van een doorlopend energiecontract mee bij de vaststelling van de hoogte van de tarieven.
De Unie van Waterschappen heeft een aantal rekenvoorbeelden uitgebracht, gebaseerd op de tariefvoorstellen die eind oktober in de besturen van de 21 waterschappen in Nederland werden besproken. Daaruit blijkt dat de waterschapsbelasting van een alleenstaande huurder waarschijnlijk stijgt van gemiddeld 156 euro dit jaar naar 168 euro in 2023. Een gezin met een eigen huis met een WOZ-waarde van 250.000 euro betaalde in 2022 gemiddeld 353 euro. In 2023 wordt dat gemiddeld 381 euro. Voor een woning van 325.000 euro stijgt de waterschapsbelasting gemiddeld van 376 naar 405 euro. En voor een woning van 400.000 euro stijgt het bedrag gemiddeld van 398 naar 429 euro.
