Meer burenruzies door het warme weer: dit moet je wel en niet doen

“Wij helpen buren als er ‘gedoe’ is om dat met elkaar op te lossen”, legt Marianne Grooten uit. “Mensen kunnen zelf bellen of ze worden aangemeld door een woningcorporatie of de wijkagent. Twee buurtbemiddelaars maken dan een afspraak en gaan naar deze mensen toe om in gesprek te gaan.”

Uit cijfers van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CVV) blijkt dat er in 2022 ruim 20.000 meldingen zijn gedaan bij buurtbemiddelingsorganisaties. Dat is een kleine daling ten opzichte van de jaren daarvoor. “Mensen zaten tijdens corona meer thuis en hadden daardoor ook meer overlast van de buren.”

Inmiddels biedt negentig procent van de gemeenten in Nederland buurtbemiddeling. Het valt Marianne Grooten wel op dat er in de provincie Overijssel nog een aantal gemeentes zijn zonder buurtbemiddeling. “Waarom dit is zou ik niet weten, het is niet zo dat er op deze plekken geen burenruzies zijn.”

Geluidsoverlast komt Marianne het meest tegen. “Dat kan harde muziek zijn, gillende kinderen, slaande deuren, geruzie. Ongeveer de helft van de situaties heeft te maken met geluidsoverlast. Verder heb je ook dingen als problemen over de tuin, blaffende honden of het parkeren. Het kan over van alles en nog wat gaan.”

Er zijn een aantal dingen die je volgens Marianne juist wel of niet zou moeten doen. “In ieder geval niet op het moment dat je je helemaal wild ergert naar de buren stappen, want dan heb je kans dat het verder escaleert. Probeer als je kalm bent naar de buren toe te gaan en aan te geven dat je wat wilt bespreken. Val niet met de deur in huis, want dan schrikt je buur.”

Het is niet handig om gelijk zelf met oplossingen te komen, weet Marianne. “Probeer begrip te krijgen en vraag aan je buren wat ze eventueel kunnen doen aan het probleem. Mochten de buren een oplossing weten, maak dan ook duidelijke en concrete afspraken. Kom je er helemaal niet uit, aarzel dan niet om buurtbemiddeling te bellen.”

Burenruzies komen overal voor. “Je hebt het overal waar mensen wonen, in koopwoningen, huurwoningen of in flats, je ziet het overal.” Marianne heeft zelf ook weleens onenigheid gehad met de buren. “Toen heb ik zelf ook gemerkt hoe lastig het is om dan goed te reageren. Voor je het weet zeg je iets verkeerds terug. Gelukkig hebben we alles opgelost.”