Nieuws
Koninklijke Erepenning voor 100-jarige Schutterij Diepenheim

Een plek op de lijst van immaterieel erfgoed heeft de Diepenheimse Schutterij in 2015 al verworven en vandaag heeft de honderdjarige vereniging de Koninklijke erepenning ontvangen. Burgemeester Ellen Nauta roemde de vereniging om de prachtige kostuums en de oude gebruiken. "Voor iemand met mijn achtergrond, opgeleid tot historica, telkens weer een fantastische belevenis."
De Diepenheimse vereniging staat vooral bekend om de uitruk van de Schutterij: de traditionele optocht op de laatste zaterdag van september als een aftrap voor de daarop volgende Schuttersfeest dat door velen wordt bezocht. Door mensen uit de verre omgeving en door inwoners van het Stedeke zelf uiteraard. Dat laatste is logisch voor wie de rijke club kent. Want die weet dat van de 2700 inwoners er maar liefst 1100 lid zijn van de Schutterij.
En dan mag de Schutterij ook nog eens een beroep doen op talrijke vrijwilligers voor de organisatie van het jaarlijkse Schuttersfeest, haalde burgemeester Nauta vanavond aan tijdens de jubileumreceptie van de vereniging. "En dat is niet gering, heb ik in al die jaren dat ik hier kom wel geleerd." Ze roemde de eeuweling ook om de zelfredzaamheid en de bijdrage aan de cultuurhistorie en leefbaarheid in Diepenheim. En dat al honderd jaar lang.
'Grote waardering'
"Een fantastische prestatie die grote waardering verdient", aldus Nauta die niet met lege handen naar het Stedeke kwam. Namens het gemeentebestuur van Hof van Twente bood ze de Schutterij een cadeaubon van 250 euro aan. "Maar nog trotser ben ik er op dat ik u namens Zijne Majesteit de Koning mag vertellen dat aan Schutterij Diepenheim de Koninklijke Erepenning is toegekend ter ere van het honderdjarig jubileum."
Voor de gelegenheid dook burgemeester Nauta in de geschiedenis van de Schutterij, die eigenlijk nog meer dan honderd jaar teruggaat. Al in de dertiende eeuw werden er namelijk schutterijen opgericht, één voor elk kasteel rondom Diepenheim. De taak van de schutters: het kasteel beschermen en voor vertier zorgen voor de bewoners van de landgoederen en de pachtboerderijen en natuurlijk voor de schutters zelf. Eens per jaar werd daarom een feest georganiseerd waarbij werd gestreden om de prijs voor de beste schutter.
'Eeuwig zonde'
Vijf eeuwen later verloren de schutterijen hun beschermende functie en werden ze overbodig. "Een groep mannen die de historische traditie toch wilde voortzetten, vormde een gezamenlijke schutterij met louter een folkloristisch tintje", vertelde Nauta over de traditie die zo in stand werd gehouden tot 1917. "Een jaar later brandde de toenmalig thuisbasis volledig af waarbij alle uniformen, het instrumentarium en de overige attributen verloren zijn gegaan. Uitrukken door de Schutterij was niet langer mogelijk."
"Eeuwig zonde", aldus de burgemeester, ook al was daar een groep Diepenheimers die in 1923 de oude gebruiken weer oppakte en de Diepenheimse Schutterij oprichtte. "Het jaarlijkse uitrukken van de Schutterij werd opnieuw een jaarlijkse traditie gevolgd door het Schuttersfeest met volksspelen en kermisvermaak." Het levert het stedeke Diepenheim een traditioneel weekend vol vertier op en de honderdjarige Schutterij de Koninklijke erepenning.