Nieuws
Waar zijn de protestzangers gebleven? "Je weet van tevoren dat het uit de hand gaat lopen”

Welterusten meneer de president, Imagine, Over de muur, Sunday Bloody Sunday. Iedereen kent ze, de protestliedjes die met een kritische noot maatschappelijke problemen bezingen. Oorlog, armoede, ongelijkheid, milieuproblemen, alle onderwerpen komen voorbij. Maar het zijn oude nummers en cabaretier André Manuel en muzikant Erik Neimeijer vragen zich af waar de protestzangers van nu zijn gebleven. "We hebben in Nederland eigenlijk geen protestzangers."
Vooral van de jaren '60 tot en met de jaren '90 werden veel protestliedjes geschreven die ook nu nog regelmatig voorbij komen. Maar sindsdien is het eens stuk minder geworden lijkt het wel. Tenminste, dat is de conclusie die Manuel en Neimeijer trekken.
"We hebben in Nederland eigenlijk geen protestzangers meer, ik hoor ze nooit meer op de radio", aldus Erik. André: "Ze zijn er wel, maar het heeft niet meer zoveel invloed." Eén Nederlandse naam wordt genoemd: "Sofie Straat, maar dat is dan weer de hoek van André Hazes-muziek en dan klinkt het snel meer als gezellig dan als strijd", aldus Manuel.
Dit verhaal komt uit de zevende aflevering van SPUNCK Podium. Die wordt woensdag 22 november om 17.30 uur uitgezonden op TV Oost.
Manuel staat erom bekend geen blad voor de mond te nemen in zijn columns en liedjes. "Daar krijg ik vrij veel oppositie op, maar dat heeft eigenlijk elke columnist op dit moment in Nederland wel. Het probleem is dat je alleen de nogal agressieve reacties tot je krijgt. Mensen die het wel leuk vinden gaan dat niet op internet zetten: ik vond jou wel leuk."
De cabaretier is ook bedreigd vanwege zijn teksten vertelt hij. En soms ziet hij dat wel aankomen. "Als een Nederlandse parlementariër de inval in Oekraïne toejuicht, is het dan raar dat iemand uit Oekraïne hem op een bepaald moment met een paraplu op z'n kop slaat? Ik vind 't nog wel meevallen. En dan schrijf je dat op en dan weet je van tevoren dat het uit de hand gaat lopen en dat doet het dan ook."
We willen weer terug naar het hele klassieke schelden op politici.
Zit daar misschien ook een deel van de verklaring voor het gebrek aan protestzangers? Tegenwoordig is het mode om online kritiek te uiten op wat je allemaal niet aanstaat. En dat gaat regelmatig tot bedreigingen aan toe. Als artiest kijk je wel uit om het achterste van je tong te laten zien. Toch?
Erik Neimeijer noemt Oliver Anthony, een zanger uit de Verenigde Staten. Hij is in korte tijd uitgegroeid tot een fenomeen. "Hij heeft op YouTube een liedje gezet, met alleen een gitaar en een microfoon." Hij zingt over het harde arbeidersleven, maar neemt ook mensen die handig gebruik - misbruik dus - maken van welzijnsgeld op de hak. De video's worden massaal bekeken.
"Blijkbaar spreekt het enorm aan, en het mooie is dat hij links en rechts tegelijkertijd aanspreekt en irriteert. Hij wordt door rechts uitgemaakt voor linkse rakker en andersom voor rechtse rakker. Het is ook een hele toffe gast die zich nergens wat van aantrekt. Een heel intelligente vent."
Neimeijer speelt samen met Manuel en een aantal andere muzikanten het nummer Rich men north of Richmond van Oliver Anthony:
Neimeijer speelt samen met Manuel en de Bössels het nummer Rich men north of Richmond van Oliver Anthony
Manuel is niet van plan te stoppen met kritische noten kraken. "We gaan bijvoorbeeld met de Twentse Eindejaarsconference een beetje terug naar de klassieke vorm, we willen weer terug naar het hele klassieke schelden op politici. Want het blijkt dat we dat gewoon het beste kunnen."
"En ik ga columns maken die ik ga zingen, want dan letten veel mensen niet meer op. Het probleem met veel extreem rechtse mensen is dat ze niet echt een bijzonder ontwikkeld gevoel voor humor hebben. Als je de grappen dan heel intelligent maakt dan haken ze af en dan hebben ze geen zin meer om woedend te worden en dan ben je daar ook van verlost. Hoop ik tenminste."
André Manuel gaat gezongen columns maken om de critici op het verkeerde been te zetten