In Afghanistan gaat het tijdens militaire oefening gruwelijk mis: Kampenaar schiet collega neer

Het incident vond plaats in januari 2021 tijdens een oefening in Mazar-e-Sharif, Afghanistan. Bij een oefening is het gebruik van scherpe patronen altijd ten strengste verboden. Bij de ingang van het oefenterrein moeten alle militairen hun gevaarlijke kogels inleveren, maar toch zijn er via een pick-up truck vijf magazijnen met scherpe kogels het oefenterrein opgekomen. De Kampenaar laadde een van deze magazijnen in zijn Colt-geweer, en schoot per ongeluk een 28-jarige kameraad neer.

Naast de verdachte uit Kampen staan vandaag nog twee sergeanten terecht voor hetzelfde incident. Ze worden verdacht van ernstige nalatigheid. De officier van justitie verwijt de twee mannen dat zij verantwoordelijk zijn voor het feit dat de scherpe munitie op het oefenterrein terecht is gekomen.

De Kampenaar is vandaag overigens niet zelf in de rechtszaal aanwezig en laat zijn advocaat het woord voeren. Op de vraag van het slachtoffer waarom de man afwezig is, antwoordt de raadsman dat zijn cliënt al voordat de zitting gepland was een vakantie naar Afrika had geboekt en dat hij dit tripje niet kon annuleren.

Het slachtoffer vertelt vandaag tegenover de krijgsraad over het leed dat hem die dag is aangedaan. Hij zegt dat het voor hem nog steeds elke dag een gevecht is: "Ik heb een zichtbaar litteken op mijn lichaam, maar ook een heel groot onzichtbaar litteken op mijn ziel".

Hij verwijt de schutter dat er maar liefst acht scherpe kogels zijn geschoten en blijft zich afvragen hoe een soldaat het verschil tussen de twee kogelsoorten niet kan herkennen: "Als professioneel militair heb je zoiets door. Als je dat niet merkt, dan ben je niet op een serieuze manier met je werk bezig."

De man geeft aan dat het hem veel pijn doet dat alledaagse dingen voor hem nu een hele opgave zijn, "zelfs een spijker in de muur slaan gaat niet". Ook zegt het slachtoffer dat hij door het voorval mentaal gezien erg diep in de put heeft gezeten. Hier strijdt hij nog elke dag mee.

Voor de krijgsraad pleit de officier van justitie dat het incident kan worden gezien als een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Maar toch vindt het Openbaar Ministerie dat de drie verdachten verantwoordelijk moeten worden gehouden voor de nalatigheid.

De openbaar aanklager oordeelt dat de Kamper soldaat die dag allesbehalve professioneel gehandeld heeft: "Hij heeft de veiligheidsvoorschriften niet gevolgd. Als soldaat moet je altijd je wapen, en je munitie controleren." Ook is hij van mening dat het verschil tussen scherpe kogels en de zogenaamde 'blanks' voor een getrainde militair goed te zien is: "Op de foto’s valt een duidelijk een verschil te zien. Al helemaal voor een professional."

Ook betreurt het de officier dat de verdachte vandaag niet op de zitting aanwezig is: "Het zou prettig zijn geweest als de verdachte er wel was geweest vandaag. Alleen al uit respect naar het slachtoffer."

Het Openbaar Ministerie eist een taakstraf van 70 uur tegen de Kampenaar, omdat hij niet op de hoogte was van de scherpe patronen op het oefenterrein. Tegen de medeverdachten, die verantwoordelijk worden gehouden voor het brengen van de scherpe munitie op het terrein, worden werkstraffen van respectievelijk 140 en 90 uur geëist.

Ook wil het OM dat de drie verdachten een schadevergoeding betalen aan het slachtoffer, dat vijftig duizend euro eist voor zijn immateriële leed. De officier laat het aan de rechtbank om de hoogte van het smartengeld te bepalen.

De advocaat van de Kampenaar vraagt de militaire rechtbank om vrijspraak. Hij zegt dat zijn cliënt simpelweg niet kon weten dat hij met levensgevaarlijke kogels schoot op het oefenterrein.

De krijgsraad doet op 18 december uitspraak.