Hulp van boeren nodig om graslandvlinders voor Overijssel te behouden

Temmink heeft een eigen natuurterrein in de achtertuin en inventariseert al 11 jaar lang de plaatselijke vlinderpopulatie. Hij neemt daarnaast bewust maatregelen op zijn terrein om zoveel mogelijk vlinders aan te trekken. Temmink ziet de laatste jaren ineens een dramatische daling van het aantal vlinders, waarschijnlijk veroorzaakt door de weersomstandigheden. Daarnaast is de intensieve landbouw een probleem. Te weinig kruidenland, waardoor er te weinig of geen voedsel is voor veel insecten en vlinders. De oplossing: "Elke boer moet minimaal 5 procent van zijn land inrichten met kruidenrijk grasland. Het voorkomt het uitsterven van de dieren."

Dat kruidenrijk gras lijkt ook nog eens beter voer voor de koe. Temmink doet momenteel mee aan een wetenschappelijk onderzoek dat uitzoekt in welke mate zijn gras gezonder is dan dat het 'gewone gras van de buurman'. Koeien die dat gras eten hoeven waarschijnlijk minder antibiotica te gebruiken en leveren meer melk; goedkoper voor de boer dus.

De Kopse Agrarische Natuurvereniging, KAN, gaat in overleg met boeren in de regio. Ook de KAN wil graag dat er meer kruiden op de graslanden toegestaan worden door boeren. "Dat is niet alleen goed voor de vlinders, maar ook voor amfibieën en weidevogels", zegt Ton Fleer van KAN. "En koeien vinden het vaak enorm lekker." Boeren zijn er tot nu toe niet toe overgegaan, omdat er volgens Fleer nog enorm traditioneel wordt gedacht. "Het is alleen maar ouderwets gras zaaien, veel maaien, dat betekent veel voer voor de koe en daardoor uiteindelijk meer melk. Maar misschien moeten ze niet voor kwantiteit in melk gaan, maar voor kwaliteit."