"Gemeente Staphorst wijst naar ooievaar en vos maar begrijpt er niks van"

Frits Koopman van ooievaarsstation De Lokkerij in De Schiphorst noemt dit “totale flauwekul.”

“Steeds meer bewoners vinden het leuk om in de achtertuin of in een ongebruikt stukje land een ooievaarsnest te plaatsen. Op zich goed bedoeld, maar hoe meer ooievaars er zijn, hoe slechter het gesteld is met onder andere de weidevogels”, schrijft de gemeente Staphorst op haar website. Bovendien is voor het plaatsen van een ooievaarsnest een vergunning nodig. Doe je het illegaal, dan kan de gemeente gaan handhaven.

Het menu van de ooievaar is gevarieerd en bestaat hoofdzakelijk uit muizen, slakken, grote insecten, regenwormen, amfibieën en mollen. “Maar ook staan er vooral jonge weidevogels en hazen op de spijskaart van de ooievaar”, staat op de site. “De ooievaar is een ware toppredator”, schrijft de gemeente.

“Op één dag worden de kuikens uit tientallen weidevogelnesten met smaak verorberd. De aanwezigheid van een ooievaarspaar heeft daarom een verjagend effect op de weidevogelparen in de buurt."

De gemeente vervolgt: "In een omtrek van honderden meters rondom het ooievaarsnest is er geen weidevogelnest meer te vinden, terwijl juist de agrariërs in samenwerking met de Agrarische Natuur Vereniging actief de weidevogels proberen te beschermen. Zij ontvangen een vergoeding voor het later maaien van gras om zo dekking te creëren voor weidevogelkuikens.

Daarom doet de gemeente de dringende oproep aan bewoners in met name het oostelijk deel van onze gemeente om geen ooievaarsnesten te plaatsen!”

Als Frits Koopman van Ooievaarsbuitenstation De Lokkerij, expert op het gebied van ooievaars, dit hoort is hij verbijsterd. “De gemeente Staphorst heeft er helemaal niks van begrepen. Ze zijn in de war met de reiger. Die eet vaak jonge weidevogels, maar een ooievaar doet dit niet of nauwelijks. Altijd hebben de vos of de ooievaar het gedaan."

Totale flauwekul, vindt Koopman. "Het zijn de boeren die door het beheer van hun gronden zorgen voor zeer eenzijdige biotopen, waardoor weidevogels simpelweg niet meer kunnen overleven. Dat is de echte reden dat er nauwelijks weidevogels zijn en niet de ooievaar.”