nieuws
Campagne voor meer pleegouders heeft succes, maar nood blijft hoog
"Je moet eigenlijk heel verfijnd kijken wat de meest optimale plek is voor een kind"
De campagne van Trias Pleegzorg om samen met gemeenten pleegouders te werven, heeft ruim vijftig nieuwe pleeggezinnen opgeleverd in West-Overijssel. Het doel van de campagne is hiermee ruimschoots gehaald. Toch blijft er een groot tekort, en gaat de werving door.
Trias pleegzorg hield het afgelopen jaar elke maand een voorlichtingsavond, steeds in een andere gemeente. Op de dertien avonden kwamen in totaal 500 paren en alleenstaanden.
Lang traject
Inmiddels zijn ruim veertig aspirant-pleeggezinnen bij Trias het traject gestart om daadwerkelijk pleegouder te worden. Trias werkte in de campagne samen met de christelijke pleegzorginstelling Timon. Hier hebben zich zo'n tien gezinnen gemeld.
Pleegouder word je niet zomaar. De toekomstige pleeggezinnen doorlopen een intensief traject. Na een eerste intake en keuring volgt een uitgebreide cursus. Ook zijn er meerdere huisbezoeken en evaluatiegesprekken.
"Iets te kiezen"
Esther Wissink van Trias begeleidt nieuwe pleeggezinnen. Ook zoekt ze voor kinderen die een plek nodig hebben het meest geschikte pleeggezin. Deze matching tussen pleeggezin en kind is belangrijk om de pleegopvang succesvol te maken.
Om goed te kunnen matchen moet er wel wat te kiezen zijn. Het ene kind heeft bijvoorbeeld baat bij een gezin met andere kinderen, het andere kind heeft juist een rustig plekje nodig. "Die luxe om te kiezen hebben we nu niet", merkt Esther Wissink. "We proberen zo goed mogelijk te matchen maar soms komt een kind bijvoorbeeld toch verder weg terecht dan je zou willen. Pleegouders zijn er eigenlijk nooit genoeg."
Tegenstrijdig
Voor aspirant-pleegouders heeft het iets tegenstrijdigs: er is grote behoefte aan pleeggezinnen, en toch moet je eerst een lang traject door voor er een kind bij je mag wonen. En dan bestaat ook nog de kans dat je wordt afgewezen als pleegouder.
Toch is dat traject noodzakelijk om kinderen zo goed mogelijk te helpen. Esther Wissink: "Het laatste wat je wilt is dat een kind eerst al uit huis moet, en dan na een tijdje ook weer weg wordt gehaald bij het pleeggezin omdat het daar niet goed gaat. Dan beschadig je een kind nog meer."
Samenwerking met gemeenten
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de totale jeugdzorg. Een goede samenwerking met instellingen voor pleegzorg is daarom erg belangrijk, vindt Trias. De campagne van afgelopen jaar heeft meegeholpen aan beter begrip en meer samenwerking over en weer.
Daar is ook nog winst te halen. Gemeenten wachten soms te lang met het inschakelen van pleegzorg, ziet Wissink: "Het uitgangspunt is dat kinderen zo lang mogelijk thuis blijven. Maar soms kom je er niet met extra hulp aan huis. Als de ouders bijvoorbeeld verslaafd zijn en een laag IQ hebben, dan moet je niet blijven wachten tot het beter gaat."
"Sneller pleegzorg inschakelen"
Gevolg hiervan kan zijn dat het kind al veel schade heeft opgelopen op het moment dat het uiteindelijk tóch bij pleegzorg terecht komt. Niet elk pleeggezin kan het aan om een kind met grote problemen in huis te krijgen. Ook duurt de opvang vaak langer als de problemen zich hebben opgestapeld.
Wissink hoopt dat gemeenten in elk geval eerder gaan nadenken over pleegzorg: "Soms is deeltijd- of weekendopvang al genoeg om het kind en het gezin weer op de rit te krijgen. Zo voorkom je dat een kind uiteindelijk langdurig in de pleegzorg terechtkomt."
Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie? Tip de redactie via een WhatsApp-bericht: 06 - 57 03 33 33.
Lees meer:
Lees meer:
Lees meer:
Lees meer:
Lees meer:
Lees meer:
Lees meer:
