nieuws
Nabestaande SLM-ramp: "Heb ik wel mijn broer en moeder begraven?"
Al die jaren dat hij aan het graf stond van zijn broer Andy en moeder had hij het gevoel dat niet zijn familie daar ligt begraven. Patrick Scharmin heeft zelfs overwogen om via verbeterde DNA-technieken nieuw onderzoek te laten doen om antwoord te krijgen op de prangende vraag wie er in de graven liggen. Maar hij ziet daar toch vanaf. "Omdat je niet weet wat je overhoop haalt."
Door: Jan Colijn en Ruud Dilling
Morgen is het exact 30 jaar geleden dat een toestel van de Surinaamse vliegmaatschappij SLM crashte op het vliegveld Zanderij. Aan boord onder meer het zogenoemde Kleurrijk Elftal, onder wie de Overijsselse voetballers Andy Scharmin (FC Twente), Ruud Degenaar (Heracles) en Fred Patrick (PEC Zwolle).
Bij de ramp - waarbij het toestel in dichte mist neerstortte, vermoedelijk ook door inschattingsfouten van de crew - vinden 176 mensen de dood. Onder wie Patricks broer Andy, zijn moeder en een tante.
Fouten bij identificatie
De ravage is enorm. Bij de identificatie van de slachtoffers worden grove fouten gemaakt. Zo raken labels van de vaak zwaar verminkte stoffelijke overschotten zoek. Bovendien worden persoonlijke spullen van de slachtoffers gescheiden, nog voordat een begin wordt gemaakt met de identificatie.
Het duurt uiteindelijk twee weken voordat Andy en zijn moeder kunnen worden geïdentificeerd. Dat gebeurt door familie in Suriname die hen niet eens goed kende. De loden kisten mogen - eenmaal terug in Nederland - niet meer worden geopend.
Gouden tand
Patrick, die vanuit Haaksbergen intussen is verhuisd naar Deventer, heeft al die jaren twijfels gehad. Deels gebaseerd op gevoel. Ieder jaar als hij op de dag van de ramp de begraafplaats in Haaksbergen bezoekt, bekruipt hem namelijk het gevoel dat zijn moeder en broer niet op deze plek hun laatste rustplaats hebben gevonden. Dat idee wordt later nog eens sterker als hij een aantal jaren geleden het autopsierapport tegenkomt en er doorheen bladerend leest dat zijn broer een gouden tand zou hebben. "Dan schrik je. Andy had helemaal geen gouden tand..."
En dan is daar nog het bizarre verhaal dat de ronde doet. Meteen na de ramp zouden overlevenden de jungle in zijn gevlucht. Een aantal zou wellicht nog steeds te midden van de indianen leven.
DNA-onderzoek
Intussen zijn de forensische technieken aanzienlijk verbeterd. Vandaag de dag is het via DNA-onderzoek zelfs relatief eenvoudig vast te stellen of de twee begraven mensen daadwerkelijk familie zijn van Patrick Scharmin.
Gevoelig
Uiteraard heeft Patrick hierover nagedacht. "Maar heb ook besloten dat ik een dergelijk onderzoek niet wil. Want je weet op voorhand dat je daarmee heel veel overhoop haalt."
Allereerst moet vanzelfsprekend het graf worden geopend. "En wat dan? Stel dat uit DNA-onderzoek blijkt dat niet mijn moeder en Andy daar begraven liggen: wat is dan de volgende stap? Ga je verder zoeken in Suriname? Kijk, wij zijn hier geboren en hebben de Nederlandse mentaliteit. Maar in Suriname gaan dingen anders, wat dat betreft is er toch nog wel een cultuurverschil. Daar ligt zoiets nog eens extra gevoelig. Reden voor mij om het te laten zoals het is. Ik heb er verder vrede mee."
Morgen in het tv-programma Overijssel Vandaag een uitgebreide reportage, waarin de broers van Andy Scharmin en Ruud Degenaar vertellen over hun herinneringen aan de ramp van 7 juni 1989.
Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie? Tip de redactie via een WhatsApp-bericht: 06 - 57 03 33 33.