Nieuws

Zoutwinning: de winst vloeit naar het buitenland, de provincies zitten met de brokken

Nouryon: De locatie in Hengelo
Nouryon: De locatie in Hengelo © RTV Oost
De opbrengsten van zoutwinning voor de staat zijn verwaarloosbaar, terwijl de winning zelf schade en risico’s voor de omgeving oplevert. Daarbij gaat het vooral om bodemdaling, maar ook om sinkholes, lekkages en lichte aardbevingen. Dat komt naar voren uit gezamenlijk onderzoek van de regionale omroepen Omrop Fryslân, RTV Drenthe, RTV Noord en RTV Oost en het onderzoeksplatform Follow The Money (FTM).
Nederland is in Europa de op een na grootste producent van zout. Alle plekken waar zout wordt gewonnen bevinden zich in het noorden én oosten van Nederland. Karakteristiek voor Twente zijn de zouthuisjes die in de omgeving van Enschede, Boekelo en Twekkelo staan.

Overeenkomsten

Uit het gezamenlijke onderzoek blijkt ook dat er overeenkomsten zijn tussen de winning van zout en de gaswinning. Zo zijn de schadelijke gevolgen van de zoutwinning, net als bij het gas, lang als onbeduidend beschouwd. De risico's worden onderschat, maar daar komt langzaam verandering in.
Risico's worden gebagatelliseerd
Adriaan Houtenbos, specialist bodemdaling
"In beide gevallen worden de risico’s gebagatelliseerd, met als gezamenlijk motief economisch gewin. Het lijkt verdacht veel op elkaar", zegt Adriaan Houtenbos. Hij is oud NAM-medewerker en sinds 2000 onafhankelijk specialist op het gebied van bodemdaling. Lokaal is de aandacht voor de risico's er wel, maar het onderwerp staat niet scherp op de radar van de nationale politiek. De risico’s en de maatschappelijke kosten zijn altijd – al dan niet bewust – weggewuifd. Net als jarenlang bij de gaswinning is gebeurd.

Verschillen

Verschil tussen de delfstoffen is er ook. Daarbij gaat het om de opbrengsten. Het gas heeft de Nederlandse overheid al 417 miljard opgeleverd. De inkomsten uit de zoutwinning valt daarbij volledig in het niet. De zoutwinning levert lokaal werkgelegenheid op, maar in tegenstelling tot de gaswinning houdt de Nederlandse staat er nauwelijks iets aan over. De winst gaat naar de zoutbedrijven, die inmiddels in buitenlandse handen zijn. Met als gevolg dat de opbrengsten van de zoutwinning de grens over gaan. De Nederlandse overheid en burgers blijven met de kosten van de schade zitten. En die zijn er zeker.

Incidenten

In Nederland wordt in vier regio’s van het land zout gewonnen: in Twente, rond het Friese Harlingen en in Oost-Groningen en het Drentse grensgebied. De zoutwinning op die locaties speelt zich tot voor kort in betrekkelijke rust af. Toch zijn er wel incidenten, zoals de eerste in Twente. Daar stort in 1991 een zoutcaverne in. Met een gapend gat van 4,5 meter diep en een doorsnee van 30 centimeter tot gevolg; ook wel het gat van Hengelo genoemd. Een boerderij loopt door deze sinkhole zoveel schade op dat het pand moet worden gesloopt.
Verder weg, bij het Friese Harlingen, blijkt begin 2018 dat de bodem sneller daalt dan verwacht. Bij Heiligerlee worden bij de zoutwinningslocatie trillingen van mogelijk een aardbeving gevoeld en bij Tripscompagnie ontstaat een scheur in een caverne van Nedmag. Dat leidt tot onrust in de omgeving.

Later dat jaar laat het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) weten dat het ontevreden is over de zoutwinning in Oost-Groningen. Afspraken worden niet nagekomen en zoutwinningsbedrijf Nouryon blijft daarom onder verscherpt toezicht. Verder is er grote zorg over trillingen bij de zoutcavernes op de grens van Winschoten en Westerlee. Op die plek wordt zout gewonnen dat via grote pijpleidingen naar Delfzijl wordt vervoerd.
In september van dit jaar is er in Drenthe ophef over de uitbreiding van de zoutwinning onder Zuidlaarderveen, Kiel-Windeweer en Oud Annerveen. Actiegroep Stop Zoutwinning is bezorgd wil dat zoutwinner Nedmag uit Veendam stopt met de aanleg van nieuwe zoutputten. Die putten brengen volgens de actiegroep schade toe aan het drinkwater, de bodem en gebouwen.

Geen roep om maatregelen

Toch leidt het allemaal niet tot een harde roep om maatregelen. Wel gaat bij toezichthouder SodM het roer om. "We traden wel regelmatig op, maar we reageerden in het verleden puur reactief op incidenten. Vanaf 2017 zijn we naar de sector als geheel gaan kijken", licht Hoofd Ondergrond Wouter van der Zee van SodM toe.
Met dank aan de situatie rond het gas in Groningen. "De maatschappelijke aandacht voor mijnbouw nam toe, dus ook voor zoutwinning."
Ondanks de risico’s en incidenten is er geen aanleiding om een streep door de zoutwinning te zetten. Van der Zee: "Als je cavernes in de juiste vorm en op de juiste plek maakt, dan is er geen reden om daar categorisch nee tegen te zeggen. Mijnbouw is altijd omgeven door onzekerheden. Als wij het gevoel hadden dat zoutwinning echt niet veilig kon, dan zouden we de minister bij elk advies schrijven: doe het niet, want het kan niet veilig."
Mijnbouw is altijd omgeven door onzekerheden
Wouter van der Zee, SodM

Wat is het lot van zoutwinning?

De vraag is of de zoutwinning uiteindelijk eenzelfde lot wacht als de gaswinning in Groningen. Met veel discussie, ellende en uiteindelijk – na veel strijd – alsnog versnelde afbouw.
Staatstoezicht op de Mijnen verwacht van niet. "Het is een andere discussie. De omvang is anders. Zoutwinning wordt wel regionaal gevoeld, maar is landelijk minder een item. Ook omdat we te maken hebben met de leveringszekerheid van Gronings gas en daar zit een hele politieke dimensie aan. Die is bij zout een stuk minder."
Wel vindt Van der Zee dat er uit 'Groningen' lessen moeten worden getrokken. "Wij roepen bij elk dossier, dus ook de zoutwinning, tegen het ministerie en andere stakeholders: wees transparant en neem mensen er in mee. Wij sturen hard op die openheid, ook in de richting van de zoutbedrijven. Dat is de lijn en de les die je leert van Groningen."
Specialist bodemdaling Adriaan Houtenbos gelooft daar helemaal niets van. "Nog steeds gebeuren er dingen die niet waren voorzien. De onzekerheden rond de zoutwinning worden nog keer op keer onder tafel geschoven. Exact zoals bij het gas is gebeurd en nog steeds gebeurt. Dat lesje is echt niet geleerd."

Twents zout in handen Amerikaans private equity

Nouryon, in 2018 goed voor 83,8 procent van de Nederlandse zoutproductie, is sinds een jaar in handen van de Amerikaanse investeringsmaatschappij The Carlyle Group. Die nam eind vorig jaar de Special Chemicals-tak over van AkzoNobel. De divisie had in 2018 een omzet van 5,1 miljard euro. De overnamesom bedroeg 10 miljard euro, daarvan ging 7,5 miljard naar de aandeelhouders van AkzoNobel. De overname werd deels gefinancierd met een schuld van 6,5 miljard euro, die nu op de balans van Nouryon staat.
Werkgelegenheid
Nouryon is actief in verschillende gebieden van de chemische industrie, waaronder de zoutwinning, productie en verwerking. De omzet van de zoutketen bedroeg in 2017 1,2 miljard euro, maar dat is niet alleen Nederland. In Nederland telt het bedrijf ongeveer 1400 directe arbeidsplaatsen, waarvan 350 in de zoutwinning. In Twente werken ongeveer 400 werknemers en in Groningen zitten ongeveer 1000 werknemers op Chemie Park Delfzijl. Verder is Nouryon naar eigen zeggen goed voor nog 6400 indirecte arbeidsplaatsen in Nederland.
5 miljoen ton zout uit de bodem
Jaarlijks wint de zouttak van Nouryon in Nederland rond de 5 miljoen ton zout. Dat is het zogenoemde 'zuivere zout', en bestaat voor 99,9 procent uit natriumchloride. Van al het zout van Nouryon wordt 85 procent gebruikt voor de chemische industrie in Nederland (Rotterdam) en in Duitsland. Ook worden er likstenen voor veehouderijen van gemaakt.
De helft van al het consumptiezout van Nederland is afkomstig uit Twente: het zout dat Nouryon wint in Groningen wordt vooral gebruikt voor de chemische industrie in Delfzijl, Rotterdam, Duitsland en Scandinavië.
Amerikaanse investeringsmaatschappij
The Carlyle Group (sinds 2012 beursgenoteerd) is een van de grootste investeringsgroepen ter wereld. Het heeft naar eigen zeggen een vermogen van 223 miljard dollar onder beheer. Een van de bestuurders is de Nederlandse Ruulke Bagijn, voormalig chief investment officer van pensioenfonds PGGM. The Carlyle Group heeft in Nederland belangen in uitgever Nielsen en Petroplus en is eigenaar van private-equitybedrijf Alpinvest.
Als gevolg van die verkoop ligt het beslissingscentrum over de zoutwinning niet echt meer in Nederland. Het Twentse zout is wat dat betreft geen uitzondering: alle bedrijven die in ons land zout winnen begonnen zijn van origine Nederlands, maar hebben nu een buitenlandse aandeelhouder.
Dit verhaal kwam tot stand na een pitch van onderzoeksplatform Follow The Money (FTM) en Omrop Fryslân, RTV Drenthe, RTV Oost en RTV Noord. Daarbij konden de inwoners van Noordoost-Nederland onderwerpen voorstellen, die om journalistiek onderzoek vragen. Van de 125 inzendingen kreeg de zoutwinning de meeste stemmen. Lees hier het hele artikel op de site van FTM.

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie? Tip de redactie via WhatsApp of via de mail.