Woonlasten stijgen: huishoudens in Deventer tientallen euro's duurder uit

Dat blijkt uit een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen onder de veertig grootste gemeenten van Nederland. Onder een grote gemeente vallen de provinciehoofdsteden en gemeenten met ten minste 90.000 inwoners. 

Volgens de Gemeente Deventer is er echter een fout gemaakt.

In Deventer zijn meerpersoonshuishoudens die een woning huren veel meer geld kwijt dan vorig jaar (8,7 procent). Ze betalen dit jaar 529 euro aan afvalstoffen- en rioolheffingen, ten opzichte van 486 euro in 2018. Daarmee staat de stad landelijk op plek drie, alleen in Zaanstad en Breda zijn huurders meer kwijt aan woonlasten.

Maar ook in Enschede betalen de huishoudens die een woning huren relatief veel: met gemiddeld 519 euro aan woonlasten staat de stad landelijk gezien op een vierde plek. Dat terwijl de woonlasten in Enschede in vergelijking met vorig jaar niet hard zijn gestegen, namelijk 3,3 procent.

Meerpersoonshuishoudens in Zwolle die een woning huren zijn het goedkoopst uit: ze betalen 283 euro aan woonlasten. Dat is ver onder het landelijk gemiddelde van 363 euro.

Ook zijn de tarieven ten opzichte van vorig jaar met slechts 2,2 procent gestegen. Landelijk gezien stijgen de woonlasten dit jaar voor huurders met 5,1 procent.

Voor woningeigenaren zijn de verschillen in woonlasten minder groot, daar zijn naast de riool- en afvalstoffenheffing ook de onroerendezaakbelastingen meegerekend. In Enschede en Deventer zijn huiseigenaren ongeveer evenveel geld kwijt aan woonlasten, namelijk 817 en 839 euro.

Zwolle is van de drie Overijsselse grootste gemeenten ook hier de goedkoopste: woningeigenaren zijn 680 euro aan woonlasten kwijt.